Welk dier?
Varken
Welk orgaansysteem?
Respiratiestelsel
Hoe herken je het?
De bacteriële toxines tasten de neusschelpen en het tussenschot aan en daardoor ontstaat een scheve neus, vaak met een gerimpelde huid van de neus. Er kan zelfs aantasting optreden van de bovenkaak, die daardoor korter wordt ten opzichte van de onaangetaste onderkaak. Vanwege de pijnlijke neus zullen geïnfecteerde varkens vaak ook minder voer opnemen. Daarnaast kan er meer en bloederige neusuitvloeiing worden gezien. Bij post-mortem onderzoek worden in een dwarsdoorsnede van de neus de typisch afwijkende neusschelpen aangetroffen.
Welke verschijnselen zijn er nog meer?
Geïnfecteerde dieren kunnen veelvuldig gaan niezen en er kan een traanstreep ontstaan als gevolg van afsluiting van de traanbuis. Daarnaast kunnen de bacteriën een bronchopneumonie veroorzaken.
Welke risicofactoren zijn er?
Slechte klimaatomstandigheden in de stal, zoals veel stof, een hoog ammoniakgehalte of een hoge luchtvochtigheid worden gezien als risicofactoren. Daarnaast zijn voorafgaande infecties die beschadigingen maken in de neus voor Pasteurella multocida een manier om binnen te dringen.
Wat betekent deze aandoening voor de veehouder en het bedrijf?
Bedrijven die veel problemen hebben met AR, hebben vaak ook meer last van andere respiratoire aandoeningen, omdat besmette varkens daar gevoeliger voor worden. Dit verhoogt het antibioticagebruik en veroorzaakt kosten bij het slachtproces. Inmiddels zijn veel fok-, opfok- en K.I.-bedrijven in Nederland P. multocida(PM+)-vrij gecertificeerd. Om PM+-vrij te worden mag de veehouder niet meer vaccineren tegen AR en vindt regelmatig bedrijfsbezoek plaats om besmette dieren op te sporen middels neusswabs en vervolgens af te voeren. Om PM+-vrij te blijven mogen geen dieren aangevoerd worden van bedrijven die niet PM+-vrij zijn. PM+-vrij worden betekent soms dat een besmet koppel afgevoerd wordt en het bedrijf moet worden herbevolkt met PM+-vrije dieren.
Hoe kun je de aandoening voorkomen? (preventie)
AR komt meestal op het bedrijf door aankoop van besmette gelten of biggen. Het is dus raadzaam om AR-vrije gelten aan te kopen. Binnen het bedrijf is de zeug vaak verantwoordelijk voor de besmetting van haar biggen, maar AR kan zich ook verspreiden door besmette kleding, voorwerpen, ongedierte, of neus-neus contact tussen de biggen. Een goede hygiëne, het beperkt mengen van tomen en de leeftijden gescheiden houden helpt tegen de overdracht op die manier. Voor jonge biggen is daarnaast een goede biestopname essentieel om voldoende antistoffen tegen de ziekteverwekkers binnen te krijgen.
Hoe kun je de aandoening behandelen?
Zieke dieren dienen te worden behandeld met antibiotica. Daarnaast dient men ervoor te zorgen dat deze dieren voldoende voedsel en eventueel elektrolyten binnen krijgen.
Alternatieve benamingen
Progressieve atrofische rhinitis, snuffelziekte
Zoekwoorden
Atrofische rhinitis, AR, progressieve atrofische rhinitis, PAR, snuffelziekte, Bordetella bronchiseptica, Pasteurella multocida, PM+
Bronnen
Gezondheidsdienst voor Dieren "AR snuffelziekte", geraadpleegd op 25 januari 2021.
Horiguchi, Yasuhiko. "Swine atrophic rhinitis caused by Pasteurella multocida toxin and Bordetella dermonecrotic toxin." Pasteurella multocida (2012): 113-129.
MSD Animal Health "Snuffelziekte", geraadpleegd op 25 januari 2021.
Zimmerman JJ, Karriker LA, Ramirez A, Schwartz KJ, Stevenson GW, editors. Diseases of swine. 10th ed. New York: John Wiley & Sons, Inc; 2012. p. 801–804.