Leverbot

Wat is het en waar wordt het door veroorzaakt?

Leverbot is een infectie van de lever en de galwegen met de parasitaire zuigworm Fasciola hepatica, ook wel de grote leverbot genoemd. Voor de ontwikkeling van de larvale stadia is de leverbot afhankelijk van de leverbotslak (Galba truncatula), die de larven van de leverbot opnemen uit de omgeving. In de slak rijpen de larven, welke via het slakkenslijm vervolgens weer op het land terechtkomen. Als een rund de larven via het gras opneemt, zullen de larven de darmwand doorboren en naar de lever migreren. In hun zoektocht naar de galwegen veroorzaken ze bloedingen en veel schade aan het leverweefsel. Als gevolg hiervan treedt leverfalen en leverfibrose op. Uiteindelijk komen de larven in de galwegen terecht, waar ze volwassen worden. Hier voeden ze zich met bloed en gaan ze eieren produceren die via de mest op het land komen. Daarnaast produceren ze toxische stoffen waarmee ze de galwegen irriteren en de leverfunctie beïnvloeden. De ziekte is een zoönose; mensen zouden besmet kunnen raken door bijvoorbeeld het kauwen op grassprietjes. Dit is echter in Nederland nog nooit voorgekomen.

Happy M@il

Nieuwste producten en actualiteiten in je mailbox!

AANMELDEN

Welk dier?

Rund, maar ook schapen, geiten, paarden, reeën en soms zelfs de mens.

Welk orgaansysteem?

Digestiestelsel/lever, galwegen

Hoe herken je het?

Typisch voor herkauwers is het seizoensgebonden patroon van leverbotinfecties, met een piek in het najaar. De leverbotslak, en daarmee de larven van de leverbot, zijn namelijk sterk afhankelijk van voldoende vocht en hoge omgevingstemperaturen. Verschijnselen treden vaak op aan het eind van de winter of begin voorjaar. Verminderde eetlust, conditieverlies, verlaagde melkgift, vervroegd afkalven en een verminderde vruchtbaarheid worden gezien. Door middel van bloed-, tankmelk- en mestonderzoek kan de diagnose in een koppel worden bevestigd. Bij post-mortem onderzoek worden de typische, slingerend verlopende kruipgangen in de lever gevonden. Daarnaast kan verkalking van de galwegen gezien worden als gevolg van chronische irritatie.

Welke verschijnselen zijn er nog meer?

Naast de meer chronische infectie kunnen leverbotinfecties zich ook acuut presenteren. Er treedt dan sterfte op door verbloeding in de buik als gevolg van de migratie van duizenden larven tegelijk. Vooral schapen en geiten zijn gevoelig voor deze acute vorm en sterven zonder eerder getoonde verschijnselen.

Welke risicofactoren zijn er?

De leverbotslak gedijt goed in een vochtige en warme omgeving, wat maakt dat temperaturen boven de 10 graden Celsius en natte percelen risicofactoren zijn. In gebieden met een hoog grondwaterpeil lopen weidende dieren de grootste kans op een infectie, met name van september tot april. Ook het perceel beweiden met schapen of geiten is een risicofactor, vanwege grote verspreiding van leverboteieren door deze dieren. Met de aankoop van geïnfecteerde dieren kan leverbot op een bedrijf binnenkomen, wat problemen kan geven als de leverbotslak in de omgeving aanwezig is.

Wat betekent deze aandoening voor de veehouder en het bedrijf?

Vanwege de toegenomen resistentie tegen veelgebruikte leverbotmiddelen kan leverbot een lastig en chronisch probleem zijn op een bedrijf. Bij gebruik van medicatie dient ook met een wachttijd rekening gehouden te worden. Preventie is daarom essentieel.

Daarnaast vergroot een chronische leverbotinfectie de gevoeligheid voor een infectie met Salmonalla dublin. Een succesvolle aanpak van salmonella op een bedrijf moet daarom meestal gecombineerd worden met de bestrijding van leverbot. 

Hoe kun je de aandoening voorkomen? (preventie)

De leverbotslak leeft op plekken waar de bodem het grootste deel van het jaar vochtig is. Een goede afwatering en verlaging van de grondwaterstand helpt bij het verkleinen van de slakkenpopulatie en daarmee de infectiedruk. Veehouders kunnen laten bepalen of leverbot voorkomt op hun percelen en zo die percelen vermijden in de risicovolle periode (september tot april). Daarnaast dient het beweiden met schapen en geiten voorkomen te worden in beruchte leverbotgebieden. Aangekochte dieren in quarantaine plaatsen en behandelen indien nodig kan de insleep op een bedrijf via die weg voorkomen.

Hoe kun je de aandoening behandelen?

Het is belangrijk om de dieren leverbotvrij te krijgen om zo te voorkomen dat er leverboteieren op het land terecht komen. Triclabendazol werd lange tijd gebruikt als middel tegen leverbot, maar voor dit middel wordt steeds meer resistentie vastgesteld. Er zijn gelukkig meerdere ontwormingsmiddelen beschikbaar waar, in overleg met de eigen dierenarts, een selectie uit gemaakt kan worden. Daarnaast moet de koppel worden verweid naar een leverbotvrij perceel.

Alternatieve benamingen

Fasciola hepatica, fasciolose

Zoekwoorden

Leverbot, Fasciola hepatica, leverbotslak, Galba truncatula

Bronnen 

Kaplan, Ray M. "Fasciola hepatica: a review of the economic impact in cattle and considerations for control." Vet Ther 2.1 (2001): 40-50.

Kelley, Jane M., et al. "Current threat of triclabendazole resistance in Fasciola hepatica." Trends in parasitology 32.6 (2016): 458-469.

Moll, Lammert, et al. "Resistance of Fasciola hepatica against triclabendazole in cattle and sheep in The Netherlands." Veterinary parasitology 91.1-2 (2000): 153-158. Gajewska, Agnieszka, Katarzyna Smaga-Kozlowska, and Marcin Wisniewski. "Pathological changes of liver in infection of Fasciola hepatica." Wiadomosci Parazytologiczne 51.2 (2005): 115-123. Veearts.nl Gezondheidsdienst diergezondheid "Leverbot" 

Vat de koe bij de horens

Hulplijn